maandag 23 december 2019

voorbijvliegen

het kleurloze grijs
verzonnen door een vogel
in voorbijvliegen


22-12

zondag 22 december 2019

op zoek


van veelvoudige veelheid
naar eenvoudige eenheid

vormen zover het oog reikt
namen zover klanken spreken
van boom, roos, vis
tot elementen en atomen
al die geuren en smaken
al dat voelen, aanvoelen
met handen en mededogen

deze explosie herleiden

naar één hand die klapt
naar één oog dat alles ziet
naar één stem
die iedereen hoort
in z’n eigen hart
en ben je hem vergeten
zeg dan ik hèb het
geweten


21-12

woensdag 11 december 2019

samen eenzaam

twee + één

hij is haar misverstand
en ik zie dat telkens weer
het niet kunnen loslaten van
wat dan ook en elkaar niet
in het bijzonder, legt een mist
over hun ogen – een blik op

oneindig, in verlorenheid
het is niet moeilijk dat op te
merken zoals ze daar nu zitten
in een wel of niet moment
van niets anders zeggen dan
“de thee …

ze zitten al weken in hetzelfde
café als ik, altijd op donder-
dagmiddag op dezelfde plek
en altijd weer fascineert hun
zwijgzaamheid, de leegheid
die stroperig mijn brein insluipt


6-12

winterse kou


er huist een luchtige vlucht
trillingen in het dalen van de
regenvlagen - zij ruisen omhoog
tot boven de wolkenlagen en

het vragen naar oorsprong, zin
en heelheid; verblijd roest hier
het ijzer door de ijver van het
water, later zal de geur van kou

ja, de kou stroomt van tijd
naar ruimte, van buiten naar
en mijn innerlijk welbevinden
zet alle zeilen bij om het lijf te


6-12

zondag 8 december 2019

klein gespuis


waar ik vanmorgen van genoot
een kevertje klein en rank
van slechts twee millimeter groot
loopt van de vensterbank
zo op mijn linkerhand

nog voor ik mijn bril kan afzetten
om hem beter te bekijken
vouwt hij zijn vleugeltjes uit
en had ik het nakijken

hij vliegt knalhard tegen de ruit
loopt daarna doodgemoedereerd
weer verder op de vensterbank
een springspin op de boekenplank
is daardoor wel geactiveerd

1-12

donderdag 28 november 2019

ochtend



ochtend

in de lege lengte van novemberdagen
veegt de regen langs de ruiten
er moet weer eens een plu gekocht
zonder is het niet goed toeven buiten

gedreun klinkt vroeg in deze ochtend
vanaf de bouwplek van het ziekenhuis
nu en dan gaan daar de lichten aan
de regen valt gestaag in zekere ruis

binnen zit ik weer eens wat te dichten
een soort van zoveelste sonnet
zie buiten naar blauw- en gele lichten

naar waar het timmeren wordt aangezet
wil mijn aandacht op iets anders richten
want ja, de kracht van wijding is aan zet

27-11

dinsdag 26 november 2019

stilleven

uren lang zit hij verdiept
in eindeloos kijken
kijken en nog eens kijken
naar de Sainte Victoire

maar moet toch terugkeren
naar het heiligen, het neerleggen
van de appels en ze te gelasten
ja, eisen mooi te zijn

hij pakt ze weer op en op
bevoelt de diepe glans
de schaduw op het laken
rangschikt ze opnieuw

proeft aan de lege flessen
dringt door in hun toon
zo, naast de klank van de schillen
en fluistert met het licht


26-11 

kli-maat



kli-maat

bladeren willen nog niet vallen
er is zelfs een verklaring voor
we zitten in de tijd gevangen
en werken stressvol door

zoals de bomen staken
zo staakt ook menigeen
we blijven er maar over praten
verleggen nu en dan een steen

gedenken en herdenken door
het ritueel van aanpassen
nu niet meer op de ijzers
wel (wee)moedig door de plassen


26-11 

dinsdag 19 november 2019

het kind


schuldig was het al zo lang
het moest mishandeld worden
geslagen en vernederd
de zondaar zou boeten

het kind dat achterbleef
in mij, in mijn gevangenis
ik kan er niet meer tegen
reken voortaan op de rede

er huist een kind in mij

ontkennen kan niet langer
behandel het nu met respect
zie zijn onschuld en zijn kracht
mijn argeloze kind, spontaan

het kind in mij zal meegaan
vrijmoedig samen onderweg
nooit meer in hechtenis
nooit meer mishandeling


18-11

zaterdag 9 november 2019

muurgedicht

foto: Wilma Schrier






















muurgedicht 

een muur om bloemen langs te plukken
een muur om tegen aan te leunen
een muur om je tegen af te zetten
een muur om je achter te verstoppen
een muur om overheen te kijken
een muur om je veilig achter te voelen

vier muren om jou heen als thuis
hier – daar vuren ze de gaten er doorheen
hier kijk je naar binnen, daar naar buiten
naar jezelf in de ander, de ander in jezelf

muren om over te klagen, tegen te schreeuwen
muren om voor te klagen, je in stilte af te vragen

en wat als je van de wc komt, het licht uitgegaan,
je de deur opent, het is donker, aardedonker
na twee passen    er zijn geen muren meer,
wat is er dan gevallen …


9-11 

woensdag 6 november 2019

gaat het

kleur ik het leven vlammend


het gaat

even leek het of alles langzamer ging
beweging in zichzelf vertraagde zodat
ik heel rustig achter mijzelf aan ging
mijn lijf in alle vrede vallen zag: zo, dat
mijn overzicht een perspectief had

dit leven in, van dagen en nachten
van dikke pech en toch weer opstaan
zowel verplaatsen als geduldig wachten
van laten gaan en ergens op staan …
indien ik dit maar eerder geweten had -

soms sombert het langs kieren en in gaten
dan straalt het licht hier dwars door heen
kleur ik het leven in vlammend transparant
speel met aarde, water en met wolken
en droom tevreden: het gaat zoals het gaat


5-11

dinsdag 5 november 2019

de kus

losgeweekt bloedrood













de kus

de wraak zal zoeter zijn
dan afgekloven kussen
op een dode mond

zij leegde haar glas
in één barmhartige teug
oversteeg haar gedachten
die gewoontegetrouw uit
een beerput boven dreven

haar fluweelzachte kus
op zijn ingeslapen mond
was bloedzoet, zoeter dan …


4-11

maandag 28 oktober 2019

blijven




blijven

het is de tijd van natte ruiten
buiten daalt de temperatuur
uur van bezinning aangebroken
afgebroken woorden schrijven
blijven doen we toch wel

















28-10

zaterdag 26 oktober 2019

het mes


in de verte valt hagel
ja, het valt op dat
daar wraak bestaat

hier is eer van gisteren
eergisteren zwichtte ik
liet het mij aanleunen

vandaag vergeet het ego
zich te laven, weg vragen
verlagen laat het zich niet

niet alleen gebeurtenissen
ook muizenissen vergaan
aan aandacht onttrokken

maar wat als pest en
plaag maar voortduurt
hagelgaten in de rede slaat

beloven we dan een koninkrijk
voor een gewiste herinnering
welk mes pakken we

maandag 2 september 2019

een productieve dag



en we noemen het ...

op het boekenweekgeschenk staat
BOEK
EN
WEEK
ja, weekhartig
zal ik het boekje in de week leggen
in mijn hernieuwd lezen
want na dertig pagina’s
vorige week gelezen te hebben
wordt er een zwaar beroep op
mijn geheugen gedaan

hoe zit het met dat
vermogen bij een weekdier?




glimlach

waar gaat ons praten over
over God natuurlijk
en ons zwijgen

ook over God natuurlijk
zoals de stoel staat naast de tafel
en jouw glimlach die het ziet


met dank aan Eckhardt en Herzberg




knagen

de fijngevoelige tranen
om het even van
een doodgeboren kind

een knuffel met een kus
geen blik, een lege herinnering
knagen doet het bij beiden


2-9

zondag 1 september 2019

opening expositie in Melissant

Een onderdeel van mijn opening van de expositie in de Melishof in Melissant was een wandeling langs de werken. 
We spelen met elkaar ‘de schilderijententoonstelling’ van M. (voor nu staat de M niet voor Mussorgsky maar voor Melissant)
Al lopend van het ene naar het andere werk neuriën we de ‘promenade’ van Mussorgsky.


Hier zitten wij in donsjasjes
ons voedsel te verteren
om groot te groeien

wij oefenen onze eerste pasjes
vliegen moeten we ook nog leren
maar straks gaan we fijn stoeien



Hier zitten wij in donsjasjes
ons voedsel te verteren
om groot te groeien

wij oefenen onze eerste pasjes
vliegen moeten we ook nog leren
maar straks gaan we fijn stoeien



Wie maakt het dorp groot?
Het is de bakker met zijn brood!
Wat zijn de belangrijkste feiten?
In het dorp wonen allemaal geiten!
Je ziet ze steeds vaker op heel Flakkee
maar hier leven we er van oudsher mee.
Wat zien we duidelijk en luidt?
De kerk die torent boven alles uit!




zebra, geit of schaap
hier elliptisch opgezet
probleem opgelost


Bij (de molen en) de visser van Cees de Geus maak ik graag gebruik van de woorden van Lucebert.  Ik lees het prachtige gedicht De visser van Ma Yuan van Lucebert:


onder wolken vogels varen
onder golven vliegen vissen
maar daartussen rust de visser

golven worden hoge wolken
wolken worden hoge golven
maar intussen rust de visser



In gedachten hoort hij
de eerste toon
van het vioolconcert
van Mendelssohn …
Maar of het lukt
die uit dit instrument te halen …
Zelf staat hij
in ieder geval te stralen



Deze bosjes tintelen
van aanwezig zijn
laten je dromen
in een ruimer perspectief
tegelijkertijd verbinden ze je
met standvastigheid
een ankerplaats



De maat is vol
(zo heet het schilderij)
De maat is vol
en het doek ook
kleuren en vormen
dagen de toeschouwer uit
welk verhaal wordt hier verbeeld
welke trilling brengt het te weeg
kijk en kijk nog eens
tot jouw maat vol-ledig is

Voor de nog op het laatste moment toegevoegde kunstenaar schreef ik:

geen commentaar
voor de vergeten kunstenaar
helaas door de omstandigheden
zit ik in het heden 
met een vacuüm aan woorden
hopelijk lossen jullie dat op
want mijn taak eindigt hier – ik stop

31-8

donderdag 15 augustus 2019

Dostojevski indachtig


Wie is het die de keus maakt
links- of rechtsaf te slaan.
Er is een voorgenomen richting
maar omdat een zich omdraaiend
oud vrouwtje mij de wil ontneemt
haar te passeren sla ik rechtsaf,
terwijl ik net als zij eigenlijk
linksaf wilde. De analyse van
Raskolnikov spookt in mijn hoofd.
Ook die keuze wordt gemaakt.
Mijn wandeling kort zich in
vanwege de regen. Ik wil niet
door- en doornat thuiskomen.
R. voelt zich dood- en dood-
ongelukkig, maar ik, ik voel mij
opgelucht – mijn oude vrouwtje
leeft nog en hoe zij zich voelt …


15-8 

zondag 11 augustus 2019

onontkoombaar


slechts in het begin kenden wij elkaar
zoals je niemand kan kennen in de tijd
van oorlog en vrede, de seizoenen
momenten van stille haat of heftig zoenen

slechts aan het eind smelten wij weer
en tot die tijd is het zeker onmogelijk
een wonder, nee, het gaat te stroef en
de winter draalt in al zijn kale groeven

scholen vissen zwenken in - en uit elkaar
lover ontspringt, het wordt mooi weer
verblijd zijn wij met al die toekomstvisioenen

en steeds maar dat kijken in pupillen van elkaar
ook al tintelt licht en lucht van onweer
wij genieten, even, van niets meer hoeven


6-8

NU


er is een ding
dat noch gezocht
noch gevonden kan worden

zo’n zin en al die andere
andere indrukken van
klanken van vroeger

er zijn resten
die noch gezocht
noch gevonden kunnen

ze golven of bruisen
in oog, oor en neus
en laten sporen na

er zijn residuen
die noch gezocht
noch gevonden worden

toch weet ik ze
te voelen in het onverwachte
in ietsiepietsie   nu-niet


6-8

de wet




de wet

de middenweg is gulden
niet te veel aantrekken
en ook niet te weinig
boerkabedekt of blootgewoon
met iets er tussenin
houden we het midden
in ons gouden Utopia

2-8

donderdag 8 augustus 2019

hier en toen


in de glorierijke uren
van de lindelaan
kan het zomaar duren
telkens stil te staan

tekens van verstaan
van het zoete en het zure
levensstijl moet doorgaan
tussen jouw vier muren

opbrengen en aanzien
van begrip en rust
en heel héél misschien
toekijken    bewust

vanuit mijn levenslust
het vele tellen tot tien
wie was het die ons kust
en sust niet meer sindsdien


2-8

maandag 22 juli 2019

de treden

Toen ik deze foto maakte wist ik meteen dat er een gedicht bij moest komen.

















de treden



kijk niet om
kijk wel om
naar elkaar

afgedaald
achter jezelf

jezelf voor
de voeten lopen

toch
jou tegenkomen
mijn verbazing
jouw meevallen
mijn wegvallen
jouw achterblijven
ons thuisblijven

toch
de trap beklommen


21-7

vrijdag 12 juli 2019

blad-zijde


dat ik jou mag voelen
als de zijdezachtheid
van onze innerlijke harmonie

en dat ik schrijven mag
en strelen met mijn grafiet
het blanke papier
terwijl klanken zich aandienen
als verzonnen werkelijkheid
in een vrije wereld ter grootte van

tederheid in tellen
golvend in wonderbaarlijk

de achterkant van het papier
verkreukelt in schaduwzijden
daar lijkt een mening
niet meer te vermijden
verkwistend gevangen
ratelen de wetten
de zetten – jij fluistert
sla dat blad toch om

tel in tederheid
wonderbaarlijk het golven


11-7 

dinsdag 9 juli 2019

zomerochtend


wie nu niet omkijkt
zal het later zeker doen
terug in de tijd
of de plaats waar
je eens dacht
dat je er was
of daar had kunnen zijn
in gesprek
al was het maar
met de vroege vogels
die jou toezongen
op een zomerochtend
vanachter het open raam
in jouw totaal eigen kamer


8-7

Lacertidae


toen werd het tijd
de hagedissen uit mijn oren
wakker te roepen

waarom sliepen ze toch
zo vaak achter elkaar
zowel ’s nachts als overdag

uitgerekend nu was dat
geen overweging waard
ze zouden prompt weer

en dat moest niet gebeuren
op het moment dat ik
helder wilde luisteren

naar de klank van
het moment van
en achteraf dacht ik

kropen ze naar binnen
of kriebelden ze langs
mijn hals en wachtten

op mijn schouders
als waakdraakjes
of kleine engelen

ik keek in de spiegel
maar zag ze niet
het geeuwde in mijn brein

zouden ze dan toch


5-4

zondag 30 juni 2019

het zoete leven


na enkele riojaatjes
draaiden de beelden al door elkaar
haar glimlach straalde en
hoeraatjes lagen op mijn tong

gezondheid! waar vandaan
halen en brengen naar waar
maar hoe kan het anders
ontdaan van duur en uur

zij is mijn tovermiddel
voor het waarlijk zachte leven
even rusten in haar kussen
middelmatigheid voorgoed voorbij


29-6

Estampida

Op 29 juni mocht ik na afloop van het afscheidsconcert van het Mandoline-orkest Estampida dit gedicht lezen, als afscheidswoorden van Gerda de Vrij, aan een volle zaal enthousiaste luisteraars.


foto: Magda Haan

Estampida

Zacht fluisterkabbelende 
klanken, bijna stil
en dan weer aanzwellend
tot wervelstormen.

Wegdromen de luisteraars
naar romantische ogenblikken
van tevredenheid
in Arcadische landschappen.

Maar de spelers dromen niet.
Zij zijn verbazend alert
op hun houding en handen
de muziek met klank en ritme

de noten op papier en de dirigent.
Ze voelen zich dienstbaar
aan elkaar, de luisteraar
en de componist.

De korthalsluiten doen hun best.
Samen met mandola en mandoloncello
contrabas en gitaar klinken folklore
barok, pop, country en blues.

Maar zoals een muziekstuk
toewerkt naar een slotakkoord
zo werkten zij ook toe naar de afsluiting
van jaren gezamenlijk musiceren.

En natuurlijk doet dat even pijn.
Brengt het je terug naar het begin.
Al die ogenblikken, die nu 
melancholieke herinneringen zijn.

Muziek en zuivere klanken echter
stoppen niet zolang de tijd nog voortschrijdt.
De muze slaapt niet, maar waakt
en wacht geduldig op haar kans.

Want eens zal er weer iemand zijn
die opgroeit in een huis van muziek
de hele dag zingt, niet loopt
maar danst, ritmisch gepassioneerd.

Dan worden muziekboeken weer gevonden
op zolders of in kringloopwinkels.
Dan worden de instrumenten opgepoetst
en vrienden en vriendinnen gevonden.

Dan wordt een nieuw orkest geboren
met een nieuwe dirigent en de oude
stukken van Bach en Schulz leven op
en ook de ‘dansliederen der troubadours’


vreemde vogel

Bij de foto die mijn schoonzus van mij maakte toen zij foto's van het Tij wilde maken

foto: Ella Terlouw

schreef ik het volgende:

vreemde vogel

zitten en schrijven
in het oog van de vogel
in het gat van het ei
het getij gaat voorbij
wat zal ik blijven

zondag 16 juni 2019

de voortuin



de tuin nu was woest en vol
met pigmenten en bladgroen
en heel veel klein gespuis
ik zag dat het goed was – zo
zo vol met trilling en ruimte
en dansende vormen in het licht
zelfs de schaduw van een wolk
kon het stralen niet verdrijven
in mijn hoofd geen wanklank




15-6 

zaterdag 15 juni 2019

in Groot Hellevoet



Redacties van kranten rommelen soms met de strofen ...

het zou kunnen

jij verdwaalt in mijn telefoon
en op de stations
wisselende vertrektijden
tikkende schoenen – haast

koerende duiven

op de roltrap een nieuw bericht
de roltrap stopt – gedrang
een volgende boodschap

dat hier een vlinder leeft

overstappen – haast
weer een bericht
nog meer mensen en treinen
metro en bus volgen jou

tot in de tijd
dat je niet meer vertrekt
op dat moment glijdt 
de telefoon uit mijn hand


donderdag 6 juni 2019

transitie

















Hoe zal het gaan …

Ik ging naar Stad om transitie te zien
maar waar ik ook keek, langs dijk en straat
het was dorpsstil, geen om- en open leidingen.
Was ik dan al te laat, misschien.

Of wordt er alleen nog maar gepraat, gepraat
over standpunten tegen voor, dat soort dingen
en wacht, ja wacht, we zullen het wel zien.
‘Van het gas af’, wanneer dan? Misschien.

‘Vanaf hier mogen de graven niet beplant’.
Daarvoor liggen de resten onder gemaaid gras.
Maar wie zaaide hier toch die papavers,

die nu zo energiek kleurig bloeien, fleurig vers
op het graf van iemand van voor het aardgas.
Gelukkig – eens is stroom niet meer relevant.


4-6



invoelbaar



zoals het schrijven glijdt
het leven verrijkt
en de dood overstijgt
zo neigt mijn hart
voorbij angst en smart

zoals het leven sliert
het schrijven siert
en taal zich overtreft
zo nijgt mijn brein
voor innerlijk zijn

zoals jij zwaait achter het raam
en ik, noemend jouw naam,
wegrijd, al is het voor even
zo zijn wij zwierend een paar
in ontastbaar tastbaar


19-5

afdwalen

afdwalen

Ik jaag op vliegen langs het raam
om ze aan de andere kant los te laten
in tijdelijke vrijheid, maar eigenlijk
als voedsel voor – ik weet het niet …
Verzin er een vogel bij die zachtjes
de huid laat kraken om zo het beestje
verlamd in de bek van een jong te proppen
- hier stoppen of toch doorgaan -

Gaan de jonge vogels uitvliegen
dan zal menigeen in de eerste vlucht
al uit de lucht worden gegrepen.
Ondanks dat hij net z’n bakje leegat
smaakt de kat de jonge vogel wel.
Veren spreidt hij her en der wat uit,
knauwt het kopje van de romp, maar
slikt tot slot het vogelkopje toch door.

Voldaan loopt hij richting de overkant
van de straat – onderweg geschept …
In de boom zaten de kauwen al te wachten.
Hun doodgraverstaak kan zo beginnen.
De kat zijgt neer in de berm. Mieren
en kevers schieten de kauwen te hulp
en een vlieg ziet kans z’n eitjes te leggen
in de restjes van het kadaver.

Ik jaag op vliegen langs het raam
en vraag mij niet meer af
waar komen ze toch elke keer vandaan.


16-5 

zaterdag 27 april 2019

sonnet zonder titel

Moet ik dankbaar zijn voor d’ overheid
die waakt over mijn veiligheid …
Met welke list en grepen
heeft zij mij dan wel begrepen.

Is het kwaad daar buiten erger dan hier binnen.
Kunnen we nog overnieuw beginnen.
Gedachten gaan steeds uit balans,
wensen ommezwaai, een nieuwe kans.

Ik zoek de rust van stille straten,
een omgang langs de kruidentuin,
de paardenbloemen bij het water.

Ik ben niet eenzaam noch verlaten,
tussen paars, geel, groen of bruin,
maar veilig voor het onbekende later.


27-4





maandag 22 april 2019

Dag van de Aarde














dag van de aarde

dag,
van de aarde
zijn wij allemaal
en van waarde ook,
helemaal en niet alleen
op deze dag
maar alle dagen
van de tijd van
leven en dood,
van stof zijt gij
en tot stof zult gij
wederkeren,
laten we eerbiedigen
onze aarde die
bedekt is met het
leven van eens
van planten en dieren
en onze voorouders


22-2

zaterdag 13 april 2019

het lot is geworpen

je zou niet willen
je zou niet willen zeggen
dat dit alles, dit alles
geen zin heeft

de zin die ik schrijf
de zin die jij leest
heeft een bedoeling
heeft een doel

een doel met
een punt er achter
een doelpunt. klaar
maar dan die herhaling



zondag 7 april 2019

duale deling
















duale deling

Aarzeling claimt het eerste woord.
Een gedachte die niet aanvaard
noch verworpen moet worden.

Het ene woord vertrouwt zich toe
aan het andere om samen te delen
en overvloedig te vermenigvuldigen,
zodat alle kanten worden ingevuld:

lief en leed, zachtaardig en wreed
geluk en pech, recht en omweg
vreugde en smart, hoofd en hart
lach en traan, komen en gaan.
Alleen achterblijven is geen optie.


7-4

zaterdag 6 april 2019

richting





















richting

richting is er een van vogelvlucht
verder en weer terug
niet daar geraken, was je er al niet …
vertrek en aankomst
is om over te spreken
vertrekken als een bloem die verwelkt
aankomen als melk die overkookt
de geuren komen en gaan
richting draalt en dwaalt
naar veranderend inzicht
aankomen als geboren worden met nieuwe kansen
vertrekken als een boek dat dichtgeslagen wordt
de perspectieven gaan en komen
richting verdwaalt in dromen


6-4

zo nu en dan





















zo nu en dan

je wandelt zonder voeten
eet zonder te slikken, afgedwaald
in een transparant kleurenspectrum

je houdt vast wanneer je valt
aan eigen inzicht, afgezonderd
in je kleine huis

je leest zonder woorden
slaapt zonder dromen, afgewend
in jouw parallelle universum

je weegt met onbevangen hart
en wiegt in tweezaamheid
verbonden, in verdronken aanblik

zo nu en dan


5-4

maandag 1 april 2019

ook dit is lente


ook dit 

tijdens het eten
van een hoogzwangere muis
worden de jongen geboren

de kat is niet kieskeurig
en eet de jongen op één –
en de moeder op 
een stukje na op

ik leg het restje
van moedermuis met 
het levenloze roze jong
– hoeveel heb ik er daar
niet van opgevoerd –
in de compostbak

naast de vink
die ik vind
op een andere plek
in de tuin
kunnen we de rode mijten
op haar snavel
iets verwijten


31-3 

zaterdag 30 maart 2019

onderzoek





















onderzoek

vallen in het gat
dat universum heet
heetgebakerd als
vaste elementen, keien
geblakerd en groen
uitgeslagen zo
zo zijn wij ook
geëxplodeerd en
geïmponeerd geraakt
door vorm en kleur
op zoek naar het gat
dat verbindt
verbinding van lijnen
tussen dit en anders
naar schijnbaar
de ene en andere kei
mogelijk toch
hetzelfde


29-3 

zondag 3 maart 2019

zeker - als wij zijn


zeker ligt er een liefdesband
tussen onze harten gesmeed
met water, vuur en zaailingen
want zonderling als wij zijn –

zeker staat het als een paal
boven water, vuur en akkerland
ons slapen is waken in een ander
terstond verwonderd als wij zijn

zeker sterven wij keer op keer
bij het lezen van verhalen mee
met die personen, namen op papier
net zo veranderlijk als wij zijn

zeker kruipt ons adellijk bloed
waar het niet gaan kan en terug
bij het ontwaken uit het slagveld
moe, moegestreden als wij zijn

zeker likken wij onze wonden
doven het vuur met water
drogen het water met zand
en verheffen ons zoals wij zijn


3-3

keerzijde


terzijde gelegd verdriet
om het versplinterde glas
het oog van de naald
lag een straat verderop

de achterzijde leek nog wat
maar draai je vooral niet om
en ook deze keer zal het
sneuvelen aan een kant beginnen

voor wie hoort het inwendige
zichtbaar te zijn, de binnen-
kant van een uiteengespatte wens
die vol argeloos vuil zit

ja, dek maar zorgvuldig toe
de wonden van het leven
blauwdruk van het toegevoegde
de keuzes van vergeten

als de herinnering maar blijft
de trouw en het vertrouwen
regen spoelt de straat al schoon
wij lopen maar vast door


3-3

maandag 11 februari 2019

verlegen


het woord verlegen ligt
als een perpetuum mobile
in mijn dichtersbrein

voel ik mij er bij thuis
of is het een oude gewoonte
een houding om bij te schuilen
een woord om in te verschuilen
zodat huilen omzeild wordt
maar druilen wel mag
en dralen in het kijken
en verwonderen zonder
veel woorden op papier



in huis staan
twee vazen
met tulpen

mijn voorkeur
gaat uit naar
die ene bos

waarom

die tulpen
zijn verlegen
terwijl de
anderen
schreeuwen 


11-2 


maandag 4 februari 2019

opbloeien



van hier naar daar
zullen we elkaar verwarmen
nu de kou onze handen kraakt

we dragen een zonnevrij vest
dat pas wordt losgemaakt en afgelegd
bij de rest van ons vermogen

wanneer mijn lippen niet meer blauw
jouw glimlach liefdevol beweegt
de adem onze trommelvliezen ontdooit

en onze vragen niet meer beginnen
met ‘waarom’ en onze magen
weer spinnen, gloeien



4-2 

donderdag 31 januari 2019

Absolute schoonheid

Vandaag start de GEDICHTENWEEK en daar hoort natuurlijk een gedicht bij:

Absolute schoonheid

Laat het verschil niet zijn wat je verwacht
en het wonder een tijdloos onthaal

Laat begrijpen niet zijn wat je vermoedt
omarm daarbij jouw innerlijke vluchtelingen

Laat de mist niet zijn een laaghangende wolk
maar ijskristallen een fonkelend perspectief

Laat het licht niet zijn een donkere vlam
doch toon jezelf als stralende schoonheid

Laat het lichaam niet zijn jouw sterven
wanneer eeuwigheid oplost in de tafelpoot


25-1

dinsdag 22 januari 2019

tulpentijd


tulpentijd

elk blaadje
een abstract
schilderij

terugverlangen
de periode
van oudroze
en kant
dan verder
terug naar
de tulpeneeuw
vazen vol

zo droom ik
even weg
bij de mooiste
van vandaag


22-1 





donderdag 17 januari 2019

verbeeldend zien



verbeeldend zien

de trap op het toneel leidt
naar een denkbeeldige kamer
slaapt daar een beeldschone
of een ingebeelde zieke
en wie is het, die avond
aan avond steeds die trap op-
- de deur opent en kijkt -
en afgaat, zonder tekst, alleen
met een boekdelensprekende blik
over het beeld in de coulissen
het verbeelde van de schrijver
in beeldspraak met het publiek

17-1

Bij een decortekening van mijn vader

zondag 13 januari 2019

geduld


traag stamelen
in eindeloos geduld
klinkt het lukken

het zal werken voor
de avond valt het
licht van de maan
afneemt in flauwe
vermoedens over
en weer een nacht
van wachten op
de eens zichtbare
brieven met paarse
inkt geschreven door
grootmoeder toen
hij nog maar net
het daglicht zag
want met haar
schrijven zaaide zij
rechtstreeks via de
nog open fontanel in
de nieuwe generatie

het zal lukken met
eindeloos geduld
en traag stamelen


10-1

zaterdag 5 januari 2019

DNA

In onzichtbare klankvaste boventonen
vindt een altijd durende ontmoeting
zijn omstrengelde weg door de tijd.

In verborgen kristallen ondertonen
wonen wonderlijke gedachten aan
werkelijke eeuwigheidswaarden.

Ze zijn als poëzie te beluisteren
als je voor fluisteren gevoelig bent
en niet alleen je oren openzet.

Op de snijlijn tussen niets en alles
klinkt jouw innerlijke harmonie
als een twinkelend vrij thuiskomen.


5-1