nu zit ik geduld te beoefenen
wachten op het overtrekken
van de zomerse regenbui
voorlopig ben ik gekluisterd
aan potlood en papier:
dweil de regen op in woorden
en laat een boodschap achter
voor als de paraplu is opgeborgen
samen met de zorgen voor morgen
en de schone schijn van gewassen te zijn
de ziel afgespoeld door woordenstromen
zo poets en snoei ik rond in de tijd
maar nù beoefen ik geduld.
5/6-6-14