verwarmen
of verbranden
het vuur gloeit,
loeit, verlicht
beneemt het zicht
laat ogen toch kijken
in verwondering
naar de marge
tussen blind en verblind
zonsopkomst met kaarslicht
bosbrand met storm
een vallende ster
een vlam flakkert
Ik verwarm alles,
verbrand alles,
zie alles.
4-1-15