en zakt als een natte zak
over zover ik kijken kan
op de vensterruiten beginnen
de druppels te tikken en het
is wachten op winterse neer-
slag die als het niet blijft
liggen neerslachtig maakt
met de nare nasmaak van
waar doet dit mij aan denken
en dat is nu juist iets wat
nietgedacht noch uitgesproken
moet worden want narigheid
is slechts een omstandigheid
van afgescheiden vertoeven
een vindplek waar je iets kan
oprapen maar ook waar ik
jou steeds opnieuw verlies
2-3