al dat werken
al dat gewerk
al dat doen
al dat gedoe
al dat moeten
al dat gemoet
met bezwaard gemoed
liep ik langs
voortrazende auto’s
al dat blik
al die vervuiling
al dat onderhoud
al die haast
al dat lawaai
toen ging het landschap
terug in de tijd
een toe-komst in het verleden
en mijn bezwaard gemoed
klaarde op – zomaar
21-1