het natte gras onder jouw voeten
het warme strandzand tussen je tenen
de koude sneeuw in jouw handen
ochtendzonnestralen op je gezicht
haar zachte lippen tegen de jouwe
wat voel je
de prikkeling
de sensatie van het moment
er te zijn – er zijn – ZIJN
en dan, wat valt je dan toe
geluk, eenheid, enzovoorts
maar dan … de val, de valkuil
de melancholie
het wegdrijven in dualiteit
en wachten … wachten …
10-2