woensdag 24 februari 2021

Jouw aanwezigheid


Ooit waren het de ratelpopulieren 
en niet jouw door paars omhulde tanden
die klapperden waardoor om de maan
en ons een briljante gloed hing.

Eens leerde jij mij blijven staan
in de brand van de branding,
jij de onvolprezen gezant,
ik jouw plek van landing.

Eens brak jij de zware dijken
en stroomde je over mijn weiden
tussen de schapen, de schatten;
jouw vissen spartelden tussen hun poten.

Nu wacht ik laat en alleen in de wind
onder een deken in mijn rolstoel -
het geruisloos klapwieken van de uil,
sterrenlicht kiert flauw langs de wolken.


24-2 

zondag 21 februari 2021

en toch

en toch

en toch de tijd nemen
om gedachten te laten
verlaten, te gaan naar
achter jij ander, anders
dan dat van vroeger
het vertrouwde bekende

en toch de tijd nemen
de vreemdeling in jezelf
ontmoeten, genoegen
hervinden van je kind
vrolijk en avontuurlijk
in verbinding bemind

en toch de tijd nemen
om onmin plat te walsen
de schare haatdragende
verwoede gevoelens
een halt toe te roepen
vol moed kijk ik je aan


21-2 

woensdag 17 februari 2021

sonnet

Mozart floot langs het schilderwerk
Bartok snerpte in de scharnieren
het laatste restje van geluid verstierf
stilte ademde tot in je nieren

het huis lag vol met teer bederf
scheuren plooiden zich tot kieren
ik zag geluk en heel veel werk
op de vensterbank talloze dode dieren

hier zal ik – tevreden – zijn en niet
hier is muziek niet meer van node
kalk valt samen met het riet

ik ben nog levend tussen al het dode
indachtig, peinzend, zonder verdriet
en geen baton meer voor den brode


14-2

zaterdag 13 februari 2021

voor de liefhebbers van rijm

 


ijsgerijm

De boreale drang
tot sneeuw- en ijsplezier
ontstond al lang
geleden hier.

En vriezen dat het weer nu doet
de graden in het ijs.
Zo hard dat je wel schaatsen moet
hier in dat Klein Parijs.

De koek en sopie-tent
met chocola en erwtensoep;
een moeder die je erg verwent
met ongezonde troep.

Een want die je verliest,
de schaatsen bot,
geen zorg – het vriest:
je pret kan niet kapot.

Je glijdt nog in een wak
ondiepte, jouw geluk,
‘m’n schaats die zat te strak’
maar is nog steeds niet stuk.

Dus droge kleren aan
en gaan maar weer.
We zullen er op staan,
al doen je billen nog een beetje zeer.

Z’n jas niet aangedaan
en nu – geproest, genies.
Moet hij naar bed toe gaan …
Hij: Kees de Vries.

En zo verglijdt de wintertijd,
plezier voor tien.
Even nog van zorg bevrijd,
en dan, tot volgend jaar – misschien.


12-2 

haiku

 


de Boezem vol ijs
mensen gaan hier heen en weer
tot de avondklok


donderdag 11 februari 2021

afscheid

Onder de straatlantaren viel de regen verlicht.
Niet in het zicht stonden zij, even verderop
stevig tegen elkaar aan, gezicht tegen gezicht.
Hun tongen smaakten sterk naar zoete drop.

Zij werden nat en warm, terwijl zij daar zo stonden.
Kerkuil en minuten vlogen stil aan hen voorbij.
In de verte blaften hier en daar wat honden.
Het duurde lang voordat hij eindelijk iets zei.

De regen liep als dikke tranen over beider wangen.
Zijn afscheidswoorden hadden iets van, ’t is nu klaar.
Zijn smalle schouders liet hij altijd al wat hangen.
Hij streek nog eenmaal door haar krullend natte haar.

Nu gaan zij op weg naar studies in den vreemde.
De een naar west, de ander naar de Oriënt.
Hij was blij dat zij hem niet meer claimde
en zij dacht, o wat was hij toch verwend.

Zijn vliegtuig heeft twee volle uren maar vertraging.
Zij stapt aan boord, bepakt, beladen en doodop.
In hun lijven zit komende tijd nauwelijks beweging,
alleen hun monden kauwen door op zoete drop.


11-2 

Ik hou er van zo nu en dan een rijmgedicht te schrijven. Meestal dient het zich van zelf aan. Zo ook bij dit gedicht, waarvan ik na de eerste 2 regels geen idee had hoe het verder zou gaan ...
De 5e strofe schreef ik pas later, toen ik het gedicht al een aantal keer had doorgelezen en vond dat die zoete drop essentieel was en nog een keer moest terugkeren.
Misschien moet ik het gedicht ook zo noemen: zoete drop.

voelen


het natte gras onder jouw voeten
het warme strandzand tussen je tenen
de koude sneeuw in jouw handen
ochtendzonnestralen op je gezicht
haar zachte lippen tegen de jouwe

wat voel je
de prikkeling
de sensatie van het moment
er te zijn – er zijn – ZIJN 
en dan, wat valt je dan toe

geluk, eenheid, enzovoorts
maar dan … de val, de valkuil
de melancholie
het wegdrijven in dualiteit
en wachten … wachten … 


10-2 

dinsdag 9 februari 2021

Jaarboek 2020

 


Net mijn jaarboek / archiefboek met al mijn gedichten van 2020 besteld.

Al mijn schrijfsels van 2020: rijp en groen 151 gedichten en een aantal haiku.
één exemplaar - niet voor de verkoop

op de cover een van mijn favoriete schilderijen




in de krant

 

Nr. 220 - samen met Magda en Anneke

zondag 7 februari 2021

haiku


bij het openen

van het gordijn – meer een berg

dan een je-weet-wel


vrijdag 5 februari 2021

eenzame jongeren

maatschappelijke dienstplicht

ach, liepen nu al
die eenzame jongeren
met keuzestress
maar sociale stages
met veel discipline
en weinig vrije tijd

twee jaar, in de kracht
van je leven, je inzetten
voor de samenleving
ouderen, gehandicapten
kansarme kinderen
of milieuprojecten

het levert creativiteit
en kansen op, vriendschap
passie en een goed gevoel
warmte en saamhorigheid
vertrouwen in jezelf
want heus, ‘je doet er toe’ 


5-2 
In een mailwisseling opperde F. de titel n.a.v. de nu ontstane eenzaamheid bij jongeren.
Na lezing mailde hij mij terug:
Niels, 

wat mij betreft mag dit gedicht vandaag nog verstuurd - doorgemaild worden naar 
1. de regering 
2. de 2e kamer 
3. alle middelbare scholieren/ scholen 
4. alle TV praatprogramma's 
5. alle krant redacties 

Misschien een passende actie in deze tijd van De Reizende Dichters als geheel? 
Misschien klein beginnen? Goeree-Overflakkee als proeftuin? Daarmee het Eiland op de kaart zetten? 

al vast voor maart

wereldverteldag

er was eens …
en dan begint
het luisteren 
en dromen

klanken kleuren
het toneel
in jouw hoofd
het licht is aan

de held zoekt
zwerft rond
strijdt listig en fel
overwint demonen

bij thuiskomst
is er volop feest
eten en dansen
lachen en liefde

en dan, dan
dooft het licht
dicht gaat het boek
tijd om te gapen


5-2
voor 20 maart

Analyse: 
1e strofe - proloog
2e strofe - intro / eerste acte
3e strofe - hoofdacte
4e strofe - slotacte
5e strofe - epiloog
dicht gaat het boek, maar ook het doek. De voorstelling is afgelopen.
Het laatste woord, gapen, kan zowel duiden op dat het nu tijd is om te gaan slapen als dat het tijd is om wakker te worden.

donderdag 4 februari 2021

haiku




een blaffende hond 
in de verte – sereen licht
daarom ben ik hier


het meest bekeken vogelschilderij

 

het puttertje

schilderde 
Carel Fabritius
het meest bekeken
vogelschilderij
uit de kunstgeschiedenis
slechts 34 bij 23 centimeter
de vleugel een 
penseelstreek geel
met een kras er in

of is het toch
de zwaan
van Jan Asselijn
waar de meeste mensen
naar hebben gekeken
of in ieder geval
langs liepen


4-2




maandag 1 februari 2021

1 februari De Ramp herdacht

het raadsel verlossing

waarom de een verdrinkt
en de ander niet
de wetten van oorzaak en
gevolg liggen niet alleen
in water en storm
- of juist niet - 
een eigen blauwdruk
heeft rode randjes en
zoekt naar oplossing

1 februari 2021